Cuba, deel 2
28 augustus 2022 - Trinidad, Cuba
Bij mijn vorige schrijven zat ik midden in mijn Spaanse taalcursus. Inmiddels heb ik deze met succes afgerond. Een week lang kreeg ik een-op-een les van Guelcy, een gepensioneerde dame van begin 70. Didactisch was ik weinig te spreken over Guelcy. Ze maakte een wat warrige indruk, viel continu in herhaling en vroeg mij geregeld waar we gebleven waren met de stof. Ik denk dat haar leeftijd haar functioneren niet bepaald ten goede kwam, maar ik kreeg de indruk dat de 24 euro die zij per week verdiende, een te welkome aanvulling op haar pensioen vormde om te stoppen met lesgeven.
Waar ik op taalkundig gebied relatief weinig van Guelcy heb geleerd, ben ik historisch gezien ruimschoots aan mijn trekken gekomen. In de vroege jaren zeventig had zij aan de universiteit van Havana Russisch gestudeerd. In geuren en kleuren vertelde zij hoe zij in 1975 met een Cubaanse delegatie naar de Sovjet-Unie en Tsjecho-Slowakije was gestuurd om te tolken op een congres over nucleaire energie. Na dit avontuur had zij jarenlang als docente Russisch op een middelbare school gewerkt. Nu had ze nauwelijks nog de mogelijkheid om Russisch te spreken. Ze vond het dan ook leuk om dat in de pauzes weer een beetje met mij te praten.
Guelcy had ook Fidel Castro’s revolutie die op 31 december 1958 een einde maakte aan het regime van de corrupte dictator Fulgencio Batista, actief meegemaakt. Geen onvertogen woord kwam er uit haar mond over deze revolutie of over Castro. In tegendeel: “Onder Batista hadden we helemaal niets. Nu heeft elke Cubaan recht op gratis gezondheidszorg en educatie. Analfabetisme bestaat hier niet.” Vol trots liet zij mij de medaille zien die zij als jong meisje had verdiend met haar participatie in de alfabetiseringscampagne van 1961. Tijdens deze campagne werden zo’n 100 000 jongeren (veelal kinderen) naar het platteland gestuurd om daar de boerenbevolking te leren lezen en schrijven.
Van een vrouw als Guelcy kan ik begrijpen dat zij positief is over Castro. Zij heeft de dictatuur van Batista nog meegemaakt en bovendien actief meegeholpen aan de opbouw van het nieuwe systeem. Waar ik meer over verbaasd ben, is de populariteit die Castro ook nog onder jongere generaties Cubanen lijkt te genieten. Enkele maanden geleden werd in Havana een Fidel Castro-Museum geopend. Ik kon het niet laten om hier een kijkje te nemen. Nietsvermoedend wilde ik het museum binnenlopen, maar tot mijn verbazing stond er een wachtrij voor de ingang. Met mij in de rij stonden vele jongeren en ouders met kinderen. Eenmaal in het museum werden we door een dame op leeftijd rondgeleid en uitvoerig geïnformeerd over al Fidels heldendaden. De kinderen waren muisstil en leken oprecht geïnteresseerd te zijn.
Dit wil niet zeggen dat Cubanen tevreden zijn met de situatie in hun land. Er wordt volop geklaagd over de zwakke economie en de tekorten waarover ik in mijn vorige blog heb geschreven. Maar dit lijkt door veel Cubanen losgekoppeld te worden van de persoon Castro. “Leefde Fidel nog maar”, verzuchtte Guelcy toen we het voor de zoveelste keer over de misère in haar land hadden. “Hij was zo’n intelligent man en had vast een oplossing gevonden om ons leed iets te verzachten.”
Ik denk dat Castro veel van zijn populariteit heeft te danken aan de vijandige houding van de Verenigde Staten. Op twee uur rijden van Havana ligt de Varkensbaai. Vandaag de dag wordt deze baai door veel toeristen bezocht om er te snorkelen of duiken. Zelf heb ik hier ook twee dagen mogen genieten van de mooie onderwaterwereld. Ik wilde deze baai echter zo graag bezoeken, omdat hij de geschiedenisboeken is ingegaan als de plek waar in 1961 een mislukte invasie plaatsvond. Tijdens deze gebeurtenis probeerden Cubaanse ballingen, gesteund door de CIA, het Castro-regime omver te werpen. Het lokale propagandamuseum vertelt uitvoerig over hoe de invasie binnen drie dagen door het Cubaanse volk werd afgewend. Ook wordt de Amerikaanse bemoeienis met de invasie breed uitgemeten.
Gevolg van de mislukte invasie was dat het volk zich eensgezinder achter Castro schaarde. Ook zocht Castro, die aanvankelijk helemaal geen overtuigd communist was, hierna actief toenadering tot de Sovjet-Unie. Hierop reageerden de Verenigde Staten weer met een economisch embargo dat bijna alle Amerikaanse export naar Cuba aan banden legde. Ondanks dat het embargo meermaals in de VN is veroordeeld door 191 van de 193 leden, staat het nog steeds. Dat dit embargo de Cubaanse economie schaadt, staat buiten kijf. Het geeft het Cubaanse regime echter ook een zondebok om alle schuld van de economische misère op af te wenden. Het Amerikaans embargo wordt door veel Cubanen dan ook in een adem genoemd met de economische problemen van het land.
Uiteraard zijn er ook Cubanen die de schuld van de ellende wél dichter bij huis zoeken. Bijvoorbeeld de groep jongeren die ik op het strand aan de Varkensbaai tegenkwam. Op mijn opmerkingen dat Cuba een schitterend land is antwoordden ze mij: “Voor jou als toerist is het hier mooi. Voor ons is het lelijk. Er is praktisch niets: geen producten in de winkel, geen stroom, geen werk. Dat komt omdat we hier in een dictatuur leven en niet bij machte zijn om daaruit te komen.” Zeker voor veel jongeren is er weinig perspectief. Joël, een 47-jarige designer die ik op straat tegenkwam, legde me uit hoe dat komt. “Om verandering teweeg te brengen heb je jongeren nodig met verfrissende ideeën. Maar ons regime wil alles bij het oude laten. Daarom zitten er hier alleen maar oude conservatieve mannen in de politieke top.” Wat hij van Fidel Castro vond, wilde ik weten. “Fidel Castro heeft zeker mooie dingen gedaan voor het land, maar hij heeft ook bloed aan zijn handen. Zonder geweld zou hij nooit zo lang in het zadel zijn blijven zitten.”
Inmiddels heb ik de propagandamusea van Havana en de Varkensbaai achter me gelaten. Via Cienfuegos ben ik afgereisd naar Trinidad. Beide steden zijn erg de moeite waard met mooie koloniale architectuur. Vanaf hier wil ik doorreizen naar Camagüey verder in het oosten van het land. In een volgend blog meer!
PS Ik heb genoten van al jullie leuke reacties tot nu toe. Veel dank daarvoor!
Ook mooie foto's van zowel gebouwen als natuur! Vooral die waterval.
Jij schrijft zo gemakkelijk, boeiend en meeslepend. Net alsof ik naast jou zit bij dame Guelcy, te luisteren naar het gesprek dat jullie voeren in het Russisch. Nog even en ik kan Cuba ruiken. Complimenten Roel! Liefs
Ik kijk weer uit naar je volgende blog uit het binnenland. Ik ben beniewd of de mensen daar het nog armer hebben dan aan de kust, en of zij anders tegen Castro aankijken dan de kustelingen.
"Caminante, no hay camino,
se hace camino al andar."
(Los vertaald: "Loper, er bestaat geen weg - de weg ontstaat tijdens het gaan".)
- het past precies bij jou!
Ben weer thuis in Uganda en ben er pas net toe gekomen om je verhalen te openen en te lezen. Heerlijk! Ik hoop van harte dat je min of meer na je expeditie door de Amerikaas in Afrika beland en dan uiteraard ook bij ons in Uganda. Kijk nu al uit naar wat jij over Uganda gaat schrijven.